Innovaties kunnen een belangrijke bijdrage leveren aan het meten van schadelijke stoffen, het moment van blootstelling en de plek waar dat precies gebeurt. Onderzoekers bij TNO kijken hoe nieuwe, betaalbare sensoren kunnen worden ingezet om blootstelling aan schadelijke stoffen zoals lasrook, houtstof en silica nauwkeuriger te meten en zo passende maatregelen te nemen. Onlangs publiceerde TNO hierover de praktische leidraad “Deeltjessensoren op de werkplek”.
Traditionele meetmethoden maken gebruik van filters die stof of deeltjes verzamelen over een periode van enkele uren of een hele werkdag. De monsters worden vervolgens in een laboratorium geanalyseerd, waardoor de resultaten pas weken later beschikbaar zijn. Sensoren bieden een veel praktischer en goedkoper alternatief: ze vereisen geen laboratoriumanalyse en kunnen real-time gegevens leveren. Zo wordt direct zichtbaar wanneer pieken in blootstelling optreden, en kan beter worden vastgesteld welke werkzaamheden of omstandigheden daaraan bijdragen.
Realtime riskmanagement
Dankzij deze directe terugkoppeling van gegevens kunnen werkgevers en werknemers sneller maatregelen nemen om blootstelling te beperken (real-time riskmanagement). Uit TNO-onderzoek blijkt dat sensoren over langere perioden betrouwbare resultaten leveren. Wel is er, net als bij andere meetsystemen, sprake van enige meetonzekerheid, die per stof kan verschillen. Daardoor is het op dit moment nog niet mogelijk om één sensor te gebruiken voor verschillende stoffen tegelijk, maar kalibratie per stof maakt nauwkeurige metingen wel mogelijk.
Een belangrijk onderdeel van het huidige onderzoek richt zich op de toepassing van sensoren bij het meten van lasrook. Daarbij onderzoekt TNO hoe groot de meetonzekerheid precies is om sensoren te kunnen kalibreren voor deze specifieke stof. Het uiteindelijke doel is om de sensoren geschikt te maken voor gebruik bij compliance-testen.
Rol arbeidshygiënist
De sensoren leveren precieze data over een langere periode. Een goede interpretatie van die data is essentieel om tot de juiste conclusies te komen en daar doeltreffende maatregelen aan te koppelen. Hier is een belangrijke rol weggelegd voor arbeidshygiënisten. Zij kunnen met hun expertise helpen in het complete proces: vanaf het kiezen van de juiste sensoren en de juiste meetmomenten en meetlocaties tot de interpretatie van de meetgegevens en het adviseren over maatregelen.
Leidraad ‘Deeltjessensoren op de werkplek’
Om arbeidshygiënisten te helpen met het juist toepassen van deze nieuwe technologie, heeft TNO een leidraad ontwikkeld (beschikbaar in het Nederlands en Engels). De publicatie beschrijft onder andere wat sensoren wel en niet kunnen, hoe de juiste sensor gekozen wordt, hoe meetgegevens moeten worden geïnterpreteerd en hoe metingen effectief kunnen worden uitgevoerd. De leidraad is mede tot stand gekomen met financiering van de Nederlandse Arbeidsinspectie en het Ministerie van SZW.